Rechtbank uitspraak 24 juli 2013

De Rechtbank Utrecht heeft op 24 juli 2013 een uitspraak gedaan inzake het incident met betrekking tot de bevoegdheid van de Rechtbank Utrecht. ABN AMRO heeft gesteld dat niet deze rechtbank maar de Rechtbank te Amsterdam bevoegd is om de zaak tussen StopdeBanken! en ABN AMRO te behandelen.

De Rechtbank ziet het besluit tot de verhoging van de opslag (het zgn. schadebrengende feit) als een beleidswijziging van de bank. De beslissing over deze beleidswijziging is door de bank op haar hoofdkantoor te Amsterdam genomen. Alle communicatie over de verhoging van de opslag is door de bank vanuit Amsterdam gedaan. Deze feiten zijn voor de Rechtbank van doorslaggevende aard om de zaak toe te wijzen aan de Rechtbank Amsterdam. Het verweer van StopdeBanken! dat de gevolgen van de opslagverhoging voor de gedupeerden zich op de diverse woonplaatsen heeft voorgedaan en zij daarvoor de Rechtbank in de vestigingsplaats van StopdeBanken! wenst aan te houden acht de Rechtbank daaraan ondergeschikt. Volgens de Rechtbank is er geen sprake van een bijzonder nauwe band tussen het geschil en de Rechtbank Utrecht.

Een en ander heeft tot gevolg dat de Rechtszaak nu wordt voortgezet te Amsterdam. Als eerste zal daar het incident met betrekking tot de voeging met de zaak van Stichting Euribar aan de orde zijn. Hierover heeft reeds contact plaatsgevonden met de advocaat van de bank. Het is de bedoeling om de voeging op 7 augustus 2013 op de rol van de Rechtbank Amsterdam geplaatst te krijgen. Hiervoor is ook nog overleg nodig met de Stichting Euribar.

De inhoudelijke behandeling van onze Dagvaarding wordt hierdoor opnieuw naar achteren verplaatst. Dat is vervelend, maar het is niet anders. Wij houden u op de hoogte van de verdere ontwikkelingen.